Een kamer met niets
dan geluidloze beelden
de oude vrouw zwijgt
een onuitgesproken vraag
blijft liggen op haar lippen
de zwaarte van last
is aanwezig, meer niet
blijft staan op de laatste tik
van de stilgevallen klok
dan hoort zij muziek en voelt
hoe zij danst, haar lichaam soepel, licht,
overmoedig van jeugd
zij draagt haar wijde robe
schitterend als duizend sterren
en altijd zal zij blijven dansen
zolang zij de muziek kan horen
als het meisje vraagt of zij nog thee wil drinken
kijkt zij op maar heeft geen antwoord
buiten zwaait de lege schommel
heen en weer door de wind
het kind kijkt er naar en luistert
naar de roepende moeder
met dovemansoren